zaterdag 29 november 2014

Gouden randje

Het is een doodgewone maandag. Eentje die begint met de doordeweekse ochtendrush. Ik zwaai dankbaar twee meisjes uit en kan het niet laten hen op te dragen goed voor elkaar te zorgen. 
Terwijl ik nip van mijn kopje koffie en geniet van de herwonnen rust, denk ik gniffelend aan omaatje. 
Ze neemt ook afscheid met een zinnetje als
'Ga op tijd slapen'.
Ik neem de telefoon en bel oma. 
(Ze is nog de enige persoon die me aanspreekt met 'tje achter mijn voornaam.)
We spreken af dat ik naar haar toekom. 



Terwijl ik haar straat in rijd zie ik haar al. Ze veegt de herfstblaadjes van de stoep en heeft de garage open zodat ik geen parking moet zoeken. 
Ze tuurt in de najaarszon en kijkt reikhalzend naar me uit.

Met een grote glimlach wandelen we arm in arm naar haar woonkamer.
Ik nestel me in de diepe zetel en neem een rimpelige voet op mijn schoot. Ze kirt als een klein meisje, genietend van de massage en de babbel. 
Ze vertelt me lange verhalen. Over familie en herinneringen. Over opa missen en dromen over haar grote liefde.
 Vaak komen dezelfde verhalen terug doorspekt met details en persoonlijke voetnoten.
Ik ken ze al, maar toch smul ik ervan. Ik neem de woorden en verhalen in me op. 
Ik geniet van ons moment samen.
Geen haast.
Langzaam leven.

We drinken een kop kruidenthee en zeggen even helemaal niets.
Ik kijk naar haar en zij naar mij en we lachen.

De zon schijnt op haar witte lokken en ik denk aan later. 
Aan hoe ik op haar lijk en hoe ik later ook zo veel verhalen te vertellen zal hebben.

's middags tovert ze een viergangen-menu op tafel. 
Geen twee borden zijn dezelfde, mijn vork en mes passen niet bij elkaar. Ik eet erg traag en geniet van het moment van rust. 
Ik weet wat ik voel. Opperste geluk.
Een dag met een gouden randje.

Als ze na de afwas haar dutje aanvat, neem ik rustig afscheid. 
Hopend op tijd om deze dag te herhalen.